Ik kijk graag naar anderen. Hoe ze doen, hoe ze kijken, praten, luisteren of hoe ze zich gedragen. Een vraag die ik me zelf vaak stel is ‘Wat is normaal?’. Ik begrijp niet wat normaal is, wat een norm is of hoe ik moet leven of me moet gedragen. De een zegt bijvoorbeeld dat ik me uitzonderlijk moet gedragen en weer van anderen hoor ik dat ik maar normaal moet doen, want dan doe ik al gek genoeg. Ik word er soms een beetje onzeker van en kijk daarom tegen mensen op. Want ik ken veel van mijn gebreken en kan daarom jaloers zijn op anderen als ze ergens goed in zijn. Ik heb zelf bijvoorbeeld weinig structuur, waardoor ik wel eens grip op mijn leven verlies. Er zijn mensen in mijn omgeving die bij mij de indruk wekken dat ze heel duidelijk en schematisch alles op een rijtje hebben in hun leven. Terwijl ik met een warboel van ideeën, gedachten, taken en verantwoordelijkheden rondloop. Sterker nog, juist doordat ik grip op mijn leven verlies ben ik juist heel erg weinig gaan doen in mijn leven. Buiten school en werk doe ik niet zo veel. Terwijl mijn kracht juist ligt in het aangrijpen van dingen, ze op gang brengen en de kar trekken. Daar ben ik goed in. Maar ik laat dat ondersneeuwen door angst voor een ongestructureerd leven.
Juist de delen van het lichaam die het zwakst lijken zijn het meest noodzakelijk
1 Korintiërs 12:22
Ik geloof dat erg veel mensen met vergelijkbare strijd voeren met zichzelf en ik heb een antwoord gevonden op deze onzekerheden. Het motiveert me om mezelf te zijn en mezelf te waarderen in mijn kracht. Paulus geeft in de bijbel in 1 Korintiërs 12 uitleg over de gaven van de Geest. Hij doet een opsomming van wat deze zijn en legt daarbij ook uit dat niet iedereen dezelfde gaven heeft. Iedereen heeft verschillende gaven. Ook noemt hij een aantal taken op in een gemeente. Hij heeft het onder andere over apostelen, profeten en leraren. Ik lees de tekst ook zo dat je niet alle gaven hoeft te hebben. Maar buiten een uitleg over wat de gaven zijn doet Paulus ook een belofte in de vorm van een vergelijking. Hij beschrijft de combinatie van gaven en mensen als een lichaam: ‘Het lichaam van Christus’. Hij bedoelt hiermee dat we allemaal deel uitmaken van dat lichaam. Hij legt hierbij ook uit dat een oog niet kan lopen en een been niet kan zien. Ieder lichaamsdeel heeft de rest van het lichaam nodig. Zo is het ook bij mensen. We hebben elkaar nodig en jouw kracht is misschien iemand anders zwakte. Wat jij weer nodig hebt, kan een ander weer uitzonderlijk in zijn.
De belofte gaat verder. Paulus heeft het ook over de lichaamsdelen die we bijna niet gebruiken of waar we ons voor schamen. Dat we die zorgvuldiger of met meer respect behandelen. Hiermee bedoelt hij dat mensen die onderdeel uitmaken van dat lichaam zich schamen voor hetgeen wie ze zijn. Ik kan me namelijk heel erg goed voorstellen dat jij jezelf het liefst zou willen verstoppen, omdat je je schaamt voor wie je bent. Maar zoals ik eerder zei is jouw kracht weer behulpzaam bij iemand die daar niet goed in is. Ik heb het enthousiasme en kan heel goed de kar trekken. Ook ben ik kritisch op anderen en mede door deze combinatie verlies ik wel eens het overzicht of ga ik over grenzen bij anderen. Ik heb mensen nodig in mijn leven die mij structuur bieden en helpen de grenzen van anderen te herkennen en te beschermen. De bijbel zegt hierover dat ‘juist de delen van het lichaam die het zwakst lijken, zijn het meest noodzakelijk’ (1 Korintiërs 12:22). Je bent dus juist belangrijk. Je bent van invloed en je mag er zijn. Ook jij bent onderdeel van dat lichaam van Christus en je bent ook geliefd. Ook al heb je dat zelf niet altijd door. Mijn advies is dan ook kijk eens een keer in de spiegel en zeg tegen jezelf ‘ik mag er zijn’! Ik ben belangrijk! Ik ben waardevol!’ Ik ben een jaar bestuur geweest in mijn studentenvereniging. Tijdens een van de eerste dagen van dat jaar kwam ik er achter dat er iemand was die een complete tegenpool van mij is. Dat zegt niet dat hij goed is en ik niet of visa versa. Nee, het zorgde ervoor dat we elkaars kwaliteiten erkenden en onze zwakheden uitspraken. Hierin merkten we dat we niet alleen tegenpolen waren van elkaar, maar juist elkaar aanvulden. We maakten iets positiefs van de situatie en doordat we dit gelijk inzagen werkten we beide onze kracht en hebben we een mooi, leerzaam en kwalitatief jaar neergezet samen. Mijn punt is denk ik wel duidelijk en ik hoop dat het je houvast geeft in je strijd.
Volg me op Social Media
Be First to Comment